maandag 8 oktober 2012

Stakeholders meeting


Toelichtende notitie voor de workshop bacheloropleiding Werktuigbouwkunde

Tijdens de workshop bacheloropleiding Werktuigbouwkunde is het doel om te komen tot een actieplan dat leidt tot een bacheloropleiding, die voldoet aan de daaraan (inter)nationaal te stellen eisen. Bij de inleiding tijdens de workshop zal kort worden toegelicht welke eisen gesteld worden ondermeer met betrekking tot het academisch niveau, actuele (wetenschappelijke) ontwikkelingen, studeerbaarheid/rendementen, aansluiting bij eisen werkveld en toelating tot masteropleidingen.

Tijdens de workshop zal in groepjes nagedacht worden over vier verschillende onderwerpen:
    1.       Kennisontwikkeling
    2.       Academische houding en vaardigheden
    3.       Studievoortgang, studeerbaarheid en rendementen
    4.       Aansluiting op werkveld en master opleidingen

Deze onderwerpen zijn gekozen omdat er voor ieder van de onderwerpen signalen zijn dat er verbeteringen nodig zijn.

Kennisontwikkeling
    ·         Kennisontwikkeling is een voortdurend punt van aandacht: de didactische werkvormen, het gebruik van recent materiaal, de lab- en bibliotheekvoorzieningen, aansluiting bij recent onderzoek en de internationale aspecten van kennisontwikkeling.

Academische houding en vaardigheden
     ·         Binnen de opleiding is geconstateerd dat de academische vaardigheden binnen het programma meer aandacht moeten hebben. Ook de wetenschappelijke adviesraad van de faculteit is hiermee bezig.

Studievoortgang, studeerbaarheid en rendementen
  • De uitval van studenten gedurende de studie is groot en de gemiddelde studieduur is lang. Dit roept de vraag op of er verbeteringen aan het programma noodzakelijk zijn in verband met de studeerbaarheid.

Aansluiting op het werkveld en master opleidingen
  • De aansluiting van de kennis en vaardigheden van de afgestudeerden op de wensen vanuit het werkveld en de ingangseisen voor (inter) nationale masteropleidingen is een voortdurend aandachtspunt.

Bij de workshop kunnen de doelstelling en de eindtermen die de bacheloropleiding werktuigbouwkunde heeft geformuleerd worden gebruikt.

De opleiding tot Bachelor of Science in de werktuigbouwkunde is een wetenschappelijke, op de praktijk gerichte, brede opleiding, welke tot doel heeft om deskundigen te vormen op technologisch gebied, specifieker nog, werktuigkundigen die over een goede vorming hebben om: i) werktuigkundige of daarvan afgeleide problemen te identificeren, modeleren en analyseren, ii) een oplossingsgerichte strategie te bedenken en deze te kunnen implementeren, presenteren en verdedigen. Daarnaast dient een werktuigkundige op Bachelor of Science niveau in Suriname over een goede basis beschikken om: iii) een al dan niet leidinggevende functie, waarvoor een wetenschappelijke grondslag gewenst is, zelfstandig te kunnen vervullen, iv) een nuttige bijdrage te leveren aan een evenwichtige sociaal-economische en technologische ontwikkeling van Suriname en v) zich door middel van een Master-of-Science opleiding of anderszins verder te specialiseren in Suriname of in het buitenland.

De eindtermen geven aan wat een student aan het eind van de bacheloropleiding moet weten, kunnen en wat voor houding ontwikkeld moet zijn.

De afgestudeerden van de Bachelor opleiding werktuigbouwkunde moeten beschikken over de volgende competenties (eindtermen):
1. Bezit voldoende theoretisch kennis (analytisch (denk)vermogen) en waar nodig, de experimentele vaardigheden, in de fundamentele wis- en natuurkunde.
2. Heeft brede kennis van en inzicht in de ingenieurs thermodynamica, stromingsleer, warmteoverdracht, toegepaste mechanica, materiaalkunde, systeemkunde, regeltechniek, en basis kennis van de electronica en electrische systemen die hem/haar in staat stelt om vanuit een werktuigkundige perspectief oplossingsgericht te denken ter oplossing van een gedefinieerd probleem.
3. Heeft voldoende kennis, inzicht en technische vaardigheid in het ontwerpen en analyseren van werktuigkundige processen en systemen, fabricage- en productie-methoden en productie organisatie.
4. Is instaat vakliteratuur en data kritisch te beoordelen op kwaliteit en deugdelijkheid. Voorts kent hij/zij zijn/haar eigen grenzen qua kennis en vaardigheden en heeft een kritische instelling, de overtuigdheid van de noodzaak om deskundigen te raadplegen, begrip voor het iteratieve karakter van de analyse en ontwerp van vele processen en is in staat te werken met onvolledige informatie.
5. Beschikt over de nodige technische en computervaardigheden voor het voorbereiden en uitvoeren van eenvoudige onderzoeksprojecten.
6. Beschikt over de mondelinge, schriftelijke en multimediale rapportage vaardigheden ten einde kennis- en informatieoverdracht naar anderen op een effectieve wijze te doen.
7. Bezit voldoende kennis en kunde om een vervolg studie tot Master of Science te volgen.
8. Heeft inzicht in de maatschappelijke gevolgen van zijn/haar handelingen en is instaat zijn/haar persoonlijk verantwoordelijkheid te dragen voor de resultaten van zijn/haar werk.

groets,
Chedi Dhirendra

Geen opmerkingen: